maandag 9 mei 2011

Queenstown (Finale) – Christchurch

Uiteindelijk ben ik in totaal bijna drie weken in Queenstown gebleven, waarvan ik het grootste gedeelte werkzoekend doorbracht. Al snel kwam ik er echter achter dat íe-der-een werk aan het zoeken was. En dat bijna niemand iets (fatsoenlijks) vond. (De plaatselijke skiverhuur had driehonderd sollicitaties binnengekregen. De klantenservice moet daar echt fantastisch zijn deze winter.)

Omdat ik mezelf wel goed vind, maar tegelijkertijd ook een prima wiskundig inzicht heb waardoor ik snap dat ik, ondanks mijn stralende persoonlijkheid, proactieve houding en fantastische gevoel voor humor, met driehonderd sollicitanten toch (iets) minder kans heb dan wanneer er, zeg, tien mensen solliciteren, (hier gaat de zin door) besloot ik op andere (werk)paarden te wedden. In Auckland hadden ze iemand nodig die Nederlands en Duits sprak om campers te verhuren en in Taupo waren ze op zoek naar een hostelreceptionist. Na twee sollicitatiebrieven kreeg ik twee telefoontjes, waarin ik werd uitgenodigd voor twee telefonische sollicitatiegesprekken waaruit ik twee banen aangeboden kreeg. (Ik heb een nieuw talent in mezelf ontdekt: naast m'n wiskundige inzicht, stralende persoonlijkheid, proactieve houding, fantastische gevoel voor humor en het schrijven van interessante sollicitatiebrieven, kom ik blijkbaar ook onwijs leuk en betrouwbaar over over de telefoon.)

Omdat de Campermevrouw de eerste was om me een baan aan te bieden, had ik me mentaal helemaal voorbereid om naar Auckland te gaan. Eigenlijk wilde ik namelijk helemaal niet zo graag naar Auckland, want Auckland is een grote stad en ik heb net anderhalf jaar in een grote stad gewoond. Maar zoals ze hier zeggen “beggers, pardon biggers, can't be choosers”: de locatie was dan wel niet mijn eerste keuze, maar de baan leek prima, ze wilden me voor een lange tijd hebben en ik kon altijd later nog verhuizen als ik iets beters zou vinden.

Terwijl ik op weg was naar Christchurch om een camper van (hahaha. camper van. campervan. sorry.) hun op te halen om naar Auckland te rijden (nee, een rijtest was inderdaad geen onderdeel van het sollicitatiegesprek, anders hadden ze wel beter geweten), belde YHA op om me te laten weten dat ik ook van harte welkom was in Taupo. Zoals een relatie in een standaard romantische komedie, besloot ik door te gaan op hetzelfde pad, omdat dat de doordachte, juiste keuze was, om vervolgens tien minuten later te beseffen dat ik dat helemaal niet wilde en toch voor de ander koos. Gelukkig had ik niet, zoals in de film, tegen Taupo “Bel me nooit meer, dit is het einde”, maar in plaats daarvan het iets minder drastische “Kan ik je over een uurtje terugbellen?” gezegd, waardoor het toch nog allemaal goed kwam en ik deze week in Taupo begin.

Ook daar mag ik zo lang blijven als m'n visum toelaat (april 2012). Ik verdien iets minder, maar: 1. het werk lijkt me leuker 2. Taupo ligt precies in het midden van het Noordereiland waardoor je binnen een paar uur zowel aan de noord-, west- als oostkust kan zitten 3. het is een middelgroot dorp (voor Nieuw-Zeelandse begrippen – 22.000 inwoners) met natuurlijke warmwaterbronnen en een hele hoop buitensportactiviteiten 4. die ik waarschijnlijk met korting of zelfs gratis kan gaan doen 5. en het grootste skigebied van Nieuw-Zeeland ligt op een uurtje rijden (je kan de vulkaan zien liggen vanuit de keuken van het hostel).

In Christchurch zelf heb ik uiteindelijk weinig gedaan, omdat toerisme daar op het moment nou niet bepaald een prioriteit is en ik die camper nu ook niet meer hoefde op te halen. Het centrum was nog steeds afgesloten en er waren nauwelijks mensen op de been, dus bracht ik de dag door met zo veel True Blood (voor de mensen onder een hele grote steen: een tv-serie) dat ik er van ging dromen. (Voor de kenners: ik werkte op een treinstation en Sam was mijn baas, maar hij was helemaal depressief en had een hele lange lijst op zijn arm gemaakt van dingen die hij verkeerd had gedaan in zijn leven. Ik was ondertussen verslaafd aan V. Gezellig hè?)

Ook had ik eindelijk de tijd om Once Were Warriors te kijken, een film die door Nieuw-Zeelanders te pas en te onpas gequote wordt ("You want eggs?") en waar ik ondertussen wel benieuwd naar was geworden. Ik wist van tevoren dat het geen vrolijke film zou zijn, maar dat het zo verschrikkelijk neerslachtig en intens was, had ik niet verwacht. Zeker een kijktip, maar zorg wel dat je misschien een paar van die gezellige korte Pixarfilmpjes voor daarna heb klaarstaan om de boel een beetje op te vrolijken.

Wat stiekem nog wel spannend was, was dat ik een naschok (4 op de schaal van Richter) heb gevoeld: ik dacht dat het aanrecht trilde omdat er ergens een wasmachine ofzo stond te centrifugeren, totdat iemand anders me op wees dat dat dus een aardbeving was. Iets minder spannend dan hoe ik me een aardbeving altijd had voorgesteld. Gelukkig maar.

Omdat ik vanaf deze week dus aan het werk ga, zullen er geen reisverslagen meer volgen, maar ik zal jullie proberen op de hoogte te houden mochten er interessante dingen gebeuren. Ik moet namelijk nog een aantal spannende dingen doen zoals een huis zoeken, een sociaal leven opbouwen, een auto kopen en het skigebied verkennen en daar valt vast wat over te vertellen. Maar als je nou altijd al de wens hebt gehad om iets van mijn hand over een bepaald onderwerp (Nieuw-Zeelands, of niet) te lezen, kan je hier natuurlijk heel 2.0 altijd een verzoekje achterlaten in de comments. Als ik er dan een mening over heb (waarschijnlijk wel) en het niet te druk heb met een vers gescoorde skileraar (vast niet), zal ik daarmee de tijdelijke leegte vullen.

(Ik weet dat gemiddeld zo'n dertig mensen dit lezen, dus alsjeblieft, geen oorverdovende stilte. Dat is niet goed voor m'n recentelijk zo gegroeide ego.)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten